Met uitzicht op de haven en het eiland Tatihou verwelkomt Brasserie Le Cabestan je zomer en winter, op het overdekte terras of binnen, in een warme en zorgvuldig ingerichte omgeving. Een ideaal punt om de rit te starten. Er is ook een grote parking aan de jachthaven rechtover de brasserie.
Barfleur is een klein vissersdorp dat stevig verankerd ligt in de Cotentin. Je vindt er één van de meest pittoreske havens van La Manche.
In Gatteville slaan we af naar de vuurtoren. Het is de tweede hoogste in Frankrijk: 74,85 meter. Bij het beklimmen van de toren moet u zeker de trappen tellen want het zijn er net zo veel als er dagen in een jaar zijn. En er zijn evenveel vensters als er weken zijn…
De batterij van Néville , codenaam Blankenese, is een monument van La Manche gelegen in de gedelegeerde gemeente Néville-sur-Mer in Vicq-sur-Mer. Het maakt deel uit van de Atlantikwall.
Het werd in 1942 op het puntje van Néville gebouwd door de Duitse marine (Kriegsmarine). Het is uitgerust met 4 Britse Vickers luchtafweergeschut. De hele batterij omvat ongeveer dertig bunkers langs het strand, met elkaar verbonden door galerijen.

De vuurtoren van Cap Lévi bevindt zich in Fermanville, een charmant dorpje halverwege Gatteville-le-Phare en Cherbourg. Achtentwintig meter hoog, honderddertien treden, de vuurtoren van Fermanvillais trekt de aandacht met zijn geometrische allure. De vorm is vierkant en niet cilindrisch, in tegenstelling tot zijn buurman uit Gattevillais. Opgericht in 1858, verwoest tijdens de D-Day-landingen in 1944, werd de vuurtoren van Cape Lévi na de oorlog herbouwd.
Geflankeerd door wilde landschappen en een weelderige kustlijn met wisselende kleuren. U passeert de charmante kleine haven Pignot en het fort van Cap Lévi, niet te verwarren met de gelijknamige vuurtoren. Het laatste Napoleontische fort in Cotentin, het fort is een magische plek waar je kunt slapen in een van de gastenkamers.
Het fort van Cap Lévi, gebouwd aan het begin van de 19e eeuw, nam deel aan de verdediging van de haven van Cherbourg, die tot 1939 door Charles Henry Dumas-Vence werd omgevormd tot een tweede huis. Het fort hervatte de dienst tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog, waar het tijdens de laatste oorlog werd gebombardeerd.
Gekocht door de heer Félix Amiot, eigenaar van de CMN, die het ombouwde tot een prestigieuze residentie voor zijn vooraanstaande gasten. Gelegen in het hart van de kustlijn van Val de Saire, is het tegenwoordig een plek van ontdekking en verblijf in een groepslodge.
Je blijft de kust volgen waar je mooie uitzichtpunten over de kustlijn.

Het Château de Ravalet is ook bekend als het Château de Tourlaville. Het kasteel van Ravalet, verfraaid met een prachtig aangelegd park, staat op een groot landgoed van bijna twintig hectare. De tuinen die te bezoeken zijn, kregen sinds de jaren 2000 het label Remarkable Garden. Het kasteel heeft nog steeds de vorm van een enorm gebouw met ronde hoektorentjes, met zolderverdiepingen van tijdens de 19e eeuw. Buiten kunnen bezoekers de Porte des Quatre-Vents bewonderen met zijn dakkapellen en Korinthische pilasters, terwijl nieuwsgierigen de kans krijgen om te mediteren in de blauwe kamer, die van Marguerite, die werd onthoofd op Place de Grève in Parijs aan het begin van de 18e eeuw wegens incest.

De batterij van Roulemaakt deel uit van de vestingwerken die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn gegraven, in het hart van de berg van Roule. Destijds waren deze met kanonnen uitgeruste tunnels bedoeld om de grote kunstmatige haven van Cherbourg te beschermen.
Uitgerust met een speleologiehelm met hoofdlamp, heerst er een heel bijzondere sfeer en wordt het bezoek begeleid en becommentarieerd door een gids.

La Cité de la Mer is een unieke toeristische trekpleister in Normandië. Je kan er aan boord gaan van de Redoutable, werelds grootste onderzeeër. De standaard audiotour wordt u aangeboden in het Nederlands, de familie versie is beschikbaar in het Engels en in het Frans. Beleef opnieuw de legende van de Titanic, ga aan boord vanaf haar halte in Cherbourg en ervaar de 4 dagen op zee tot aan de nacht van haar ondergang. Een interactief parcours 'Titanic, de terugkeer naar Cherbourg' onthult het dek, de gangborden van de 1e , 2e en 3e klas, de berichten cabine… in een gereconstrueerd decor van het mythische schip. Ontdek een fantastische en vooral unieke collectie onderzeeërs die u zin geven om ontdekkingsreiziger te worden.
Vanaf de parking heb je een prachtig zicht op de haven en de jachthaven van Cherbourg.

De Abbaye du Voeu is een voormalige abdij, gesticht in 1145, die een kazerne en vervolgens een ziekenhuis werd. De site presenteert vele en interessante overblijfselen, waaronder een refter en een kapittelzaal uit de 13e eeuw. De abdijwoning die is omgevormd tot een tentoonstellingsruimte, presenteert aan de bezoekers het prachtige graf van de priester Guillaume uit 1280.
Je verlaat de drukte van Cherbourg en rijdt naar het meest westelijke puntje van het schiereiland dat groen, gastvrij en welvarend is. Hier tref je krijtrotsen en kapen afgewisseld met stranden van fijn zand of kiezels en duinen.
Veel charme heeft het kleine vissershaventje van Frankrijk: Port Racine. Port Racine heeft in Frankrijk een bijzondere naam opgebouwd: het zou de kleinste haven van het land zijn! Daar valt over te twisten: maar feit is dat de haven piepklein is én geweldig mooi. Alleen bootjes van maximaal 5,50 m lang en 2 m breed mogen de haven in. En het landschap eromheen doet meteen denken aan de Ierse kusten. Geen toeval dus dat de Cotentin ook wel Klein Ierland heet.

Een highlight is de vuurtoren en reddingspost van Goury met mooi uitzichtpunt, gelegen 'aan het einde van de wereld' op Cap Hague. Hier zie je de Raz Blanchard, een van de sterkste zeestromingen ter wereld. Dit wordt aangegeven door de Goury vuurtoren of ook wel de Haagse vuurtoren genoemd, gelegen op 800 m van de Cap de la Hague. Hij begroet de vuurtoren van Gatteville in de Val de Saire. Ontdek ook de haven van Goury, de seinpaal en de typische stenen muren van La Hague, met uitzicht op het Anglo-Normandische eiland Alderney.
Je probeert zo dicht mogelijk bij de kust te rijden zodat je kan genieten van mooie uitzichten.
Hoge ruige rotskapen waar woeste golven tegen aanbeuken, bekronen vooral het noordwesten. Nez de Jobourg en Nez de Voidries (deze laatste enkel te voet te bereiken) zijn kliffen van meer dan 100 meter hoog bedekt met heidelandschap. De kliffen zijn hier duizelingwekkend hoog. In de verte lonken de Kanaaleilanden. Dit woeste landschap is adembenemend mooi, behalve… als je hoogtevrees hebt. De krijtrotsen zijn maar liefst 128 meter hoog.
Aan het Panorama des Treize Vents heb je een heel mooi uitzicht.
De granieten vooruitstekende punten worden onderbroken door zandbaaitjes. In het aangename stadje Vauville is het massatoerisme nog niet doorgedrongen. Het ligt in een schitterende baai. Ook een natuurgebied met meer van 20 hectare waar vogels zich thuis voelen siert de gemeente. Slechts een duinenrij scheidt de zee van dit zoetwatermeer.

Het nationale natuurreservaat Mare de Vauville dat je gedurende een 3-tal km volgt is een beschermd natuurgebied van primair belang in het departement Manche. Het bestaat uit een enorme plas zoet water, geïsoleerd van de zee door een smal kordon van duinen, en herbergt meer dan 2.300 soorten vogels, amfibieën, duinplanten en wetlands.
Het kasteel van Flamanville dateert voornamelijk uit de 17e eeuw, maar het bestaan van een groot statig pand wordt al in de 14e eeuw bevestigd. Het is omgeven door een park van meerdere hectares verrijkt met bossen, vijvers en een prachtige achthoekige toren. In de dahliatuin, die het hele jaar door open is voor het publiek, staan 1.150 soorten.
In Baubigny verlaat je definitief de kust en trek je door het binnenland naar het eindpunt van de route.
Het kasteel van Bricquebec ligt in de stad met dezelfde naam. Volgens de overlevering werd het eerste kasteel op deze plek gebouwd door een zekere Anslech, van Scandinavische afkomst, die familie was van de hertog van Normandië; William Long-Sword. De mythe gaat dat in 1270 de Tempeliers, die al tal van andere bezittingen in het gebied hadden, een commanderij in het kasteel stichtten, gebaseerd op de architectonische indeling van het kasteel. In 1857 werd het kasteel bezocht door koningin Victoria van Engeland en in 1957 door veldmaarschalk Montgoméry.
Via Vallognes kom je terug aan Saint-Vaast-la-Houghe waar je nog even tot aan het Vauban-fort rijdt. Het fort ligt op de brede uitloper van een langgerekte landtong ten zuiden van de stad. Het bestaat uit drie onderdelen. Ten eerste het landfront. Dit bestaat uit twee halve bastions met daartussen de toegangspoort met een grote brug over de gracht. Helemaal aan de andere kant, zo’n 800m verderop, ligt de grote, op de zee gerichte geschutbatterij. Dit is het tweede deel van het fort. Het landfront en de batterij zijn met elkaar verbonden door een ringmuur die een groot, langgerekt middenterrein omsluit. Rond de gehele ringmuur ligt een dijk zodat er tussen de zee en het fort altijd water staat, ongeacht het getij. Op het middenterrein ligt een heuvel, hierop ligt het meest bekende deel van het fort. De toren. Het derde onderdeel. De toren is opgebouwd uit de samenvoeging van twee torens die beide naar de top toe taps toelopen. De grootste van de twee bevat de leef- en voorraadruimtes en heeft op het dak een groot artillerieplatform voor 6 kanonnen. In de kleine toren zit de wenteltrap die toegang geeft tot alle verdiepingen en het artillerieplatform. Rond de toren ligt een lage muur met een klein wachthuisje. In de muur zitten schietgaten voor musketten. De toren mag bezocht worden en verkeert nog in zeer goede staat. De rest van het fort is verboden terrein. Het fort is inmiddels uitgeroepen tot Unesco Werelderfgoed.

De route krijgt 5 punten. Je geniet van een buitengewoon mooi landschap. Je rijdt langs fraaie krijtrotsen waar je mooie zichten hebt op de zee en de omgeving. De kleine haventjes, de vuurtorens, enkele kastelen en forten maken de tocht zeer afwisselend. De wegen slingeren zich op en neer langs de kust en zijn van zeer goede kwaliteit.