Het tweede deel van de rondrit start in Héricourt-en-Caux in Hotel Auberge de la Durdent in het hart van de Durdent-vallei. Het hotel beschikt over 6 suites met slaap- en woonkamers. Het park en het terras brengen je in de zomer totale rust. Het restaurant biedt een eenvoudige, eerlijke seizoensgebonden keuken. Er is een eigen parking.

De Durdent is een Normandische kustrivier van 25 kilometer lang. Hij ontspringt ten noordwesten van Yvetot, in de buurt van Héricourt-en-Caux en neemt vervolgens een noord-noordwestelijke richting aan en mondt uit in het Kanaal bij Veulettes-sur-Mer aan de Albasten Kust. Net als elders in het Pays de Caux verbergt de vallei van de Durdent een rijk historisch erfgoed.
Je blijft de Durdent volgen tot in Cany-Barville. Het kasteel van Cany-Barville werd tussen 1640 en 1646 gebouwd. Het werd in 1760 voorzien van enorme bijgebouwen en vijvers en heeft de revolutie zonder schade doorstaan.
Het kasteel is 10 m bij 45 m en is verdeeld over drie niveaus, in totaal circa 1.300 m2 woonoppervlak. Het is gemaakt van bakstenen, kalksteen en zandsteen en is bedekt met een leistenen dak. Het is omgeven door een uitgestrekt park (50 ha), aangelegd in de 19de eeuw in Engelse stijl, bewaterd door de Durdent, die de grachten voedt.
Enkel de buitenkant en de tuinen zijn te bezoeken.

Wie op zoek is naar een tankstation, kan in Cany-Barville terecht. Daarvoor moet je even van de route afwijken.
Daarna gaat het in rechte lijn terug naar Fécamp en tussen de uitgestrekte velden heb je de kans op het gas even open te draaien. Rem weer af in Sainte-Hélène-Bondeville, zodat je rechtsaf de D79 op kan gaan, die je via Életot naar Veulettes-sur Mer brengt.
Tijd voor een koffiestop langs de dijk in Brasserie Les Frégates. De parking is vlakbij en je hebt vanop het terras van de brasserie een mooi uitzicht op de zee.

Ongeveer een kilometer verder kom je voorbij het 'Mémoire d'Albâtre, site Pont Rouge'. Leunend tegen de kliffen van de Côte d'Albâtre en genietend van een adembenemend uitzicht op het strand van Veulettes sur Mer, onthult de site van Pont Rouge zijn natuurlijke en erfgoedrijkdom. Een lusvormig circuit brengt je langs de overblijfselen van de Atlantikwall. Er zijn verschillende bunkers die dienden als observatiepost. Historische panelen roepen ook de periode van bewoning op dit deel van de kust op. Een radionavigatistation, onder de hoge bescherming van een Flak (Duitse luchtafweerbatterij) gereconstitueerd in metalen sculptuur, biedt je een indrukwekkend uitzicht op de kust. Na de oude gedeeltelijk gereconstrueerde loopgraven nader je de laatste bunkers.

Je vervolgt je weg naar Saint-Valéry-en-Caux. Bij het binnen rijden is het zeker de moeite waard om eerst linksaf te slaan. Op het einde van de baan kan je gemakkelijk je motor parkeren en de pier op wandelen. Je geniet er van een prachtig uitzicht op de kliffen en de zee.
Aan de Quai du Havre ontdek je het Maison Henri IV, een werkelijk schitterend vakwerkhuis uit 1540.

Het is het ideale moment om een restaurant op te zoeken. Restaurant Quai 23 is gespecialiseerd in verse deegwaren. Ze zijn huisgemaakt van eenvoudige, hoogwaardige ingrediënten. Je hebt keuze uit verschillende sauzen. In de directe omgeving is een grote parking.
Vanaf diezelfde parking kan je ook nog wandelen tot aan het Memorial 51th Highland Division en Mémorial Costes en Bellonte, twee vliegers die in 1930 erin slaagden in de eerste non-stop vlucht Parijs-New York.

Je verlaat nu Saint-Valéry-en-Caux en rijdt langs het leuke dorpje Veules-les-Roses. Veules-les-Roses is ook bekend vanwege de rivier. Dat is namelijk de kortste rivier van Frankrijk (iets meer dan een kilometer, van bron tot zee)! Sinds de 4de eeuw bestaat dit dorpje al, het ligt goed verscholen in een kleine vallei die uitkomt op zee. Het was vanaf de 19de eeuw een zeer geliefd vakantieoord, vooral voor kunstenaars, zoals Victor Hugo. Nog steeds trekt het dorp heel wat liefhebbers vanwege de ligging aan zee en de charmante, tijdloze straatjes.

Je rijdt nu verder langs de kust naar Dieppe waarbij je door de badplaatsen Saint-Aubin-sur-Mer, Quibervillen en Pourville komt. Voorbij Varengeville-sur-Mer verlaat je even de D75 naar rechts voor een bezoek aan de Manoir d'Ango. Het is het voormalig zomerpaleis en wordt beschreven als de mooiste residentie van Normandië met de mooiste duiventoren van Frankrijk. Deze zomerresidentie in renaissancestijl dateert van de periode 1530 en 1544. Het gebouw is opgetrokken met materialen uit Normandië: vuursteen van de krijtrotsen, zandsteen en baksteen, gemetseld in de vorm van mozaïeken. De vensterramen zijn gemaakt van stenen uit de oevers van de Seine. De duiventoren, opgetrokken in 1532, was in die tijd de grootste in Frankrijk. Hij is 11 meter hoog en heeft een omtrek van 22 m. De vorm van het dak wijst op Byzantijnse invloeden. Tijdens de Franse Revolutie werd Manoir d'Ango in brand gestoken, verkocht als nationaal goed en omgevormd tot boerderij. In de 19de eeuw werd veel waardevols geroofd, de trap naar de loggia afgebroken en medaillons beschadigd. In 1862 volgt de klassering tot 'Monument historique'.

Dieppe heeft niet meer die wat lugubere sfeer van vroeger, die zo treffend is beschreven door Georges Simenon. Er is nu een modere jachthaven voor in de plaats gekomen, met langs de kaden een reeks kleurige restaurants. De kathedraal St.-Jacques is er nog wel, net als de markt op zaterdagochtend.
In de 15de eeuw is op de kliffen, aan de westkant, het eerder verwoeste fort herbouwd. Inmiddels is daar een museum in ondergebracht met van alles over de scheepvaart, ivoor (dat vanaf de 16de eeuw bewerkt werd door ambachtslieden uit Dieppe), schilderijen van Boudin, Lebourg, Pissaro en prenten van Braque.
Met de bouw van de Église Saint-Jacques werd begonnen in 1195. De eerdere constructie was door een brand verloren gegaan. De Saint-Jacques kerk is in de loop der eeuwen verschillende keren vernieuwd: het middenportaal dateert uit de 14de eeuw, net als het rozet daarboven. De 41 meter hoge, vierkante toren is uit de 15de eeuw, de koorafsluiting en straalkapellen uit de 16de eeuw.

Met zicht op zee geniet je in Brasserie Epsom van een heerlijk drankje eventueel vergezeld van een kleine snack of ijsje.

Arques-la-Bataille staat bekend om zijn middeleeuwse kasteel en het bos met de immense bomkraters uit de Tweede Wereldoorlog. Het kasteel is nu een ruïne en de binnenkant kan om veiligheidsredenen niet meer worden bezocht.

Een aangename weg brengt je eerst in Torcy-le-Petit, dan in Longueville-sur-Scie. Daar rijd je oostwaarts richting Muchedent. Bij de T-splitsing kom je aan het 'Parc Canadien - Rêve de Bisons', de grootste Canadese bizonboerderij van Europa. Ontdek zo'n 200 dieren die genieten van de vrijheid van een idyllische en prachtige omgeving in de groene heuvels. Naast de bizons kan je ook roedels wolven bewonderen, om nog maar te zwijgen van de vele herten. Een ontdekking om te voet of aan boord van een militaire vrachtwagen te beleven. In het typisch Canadese restaurant, geheel in hout, kan je lokale specialiteiten proeven.

Daarna loopt de weg door een lommerrijk dal tussen het stroomgebied van de Varenne en het Forêt d'Eawy, een van de mooiste beukenbossen in Normandie.
Bij Clères vormt het Parc Zoologique een van de grote attracties van de regio. Rond het kasteel zie je antilopen, rode panda's, pauwen, lemuren, kangoeroes en nog veel meer diersoorten, die zich op dit domein van 13 ha in relatieve vrijheid door de bossen en de grasvlakten kunnen bewegen

Bij het binnenrijden van Rouen is het wellicht interessant om te tanken aan de Carrefour.
Rouen is het eindpunt van de rondrit door het Pays de Caux. Je kan deze dag afsluiten met een bezoek aan de verkeersvrije binnenstad met z'n vele historische gebouwen, smalle kronkelende straten en oude vakwerkhuizen. De stad heeft een bijzonder rijke historie. Vooral de Place du Vieux Marché spreekt nog altijd tot de verbeelding: na haar veroordeling werd hier in 1431 Jeanne d’Arc op de brandstapel gedood. Op deze zelfde marktplaats staat de kerk Sainte Jeanne d’Arc. Deze heeft glasramen uit de 16de eeuw, maar is pas in 1979 voltooid.
De Kathedraal Notre-Dame is uniek vanwege de fraaie combinatie van bouwstijlen, voornamelijk in de gevel, en vormt een van de hoogtepunten van de Franse gotiek. Bovendien zijn het bisschoppelijk paleis en de bijgebouwen die dateren van dezelfde periode ook bewaard gebleven.
Historial Jeanne d’Arc werd geopend in maart 2015 in de gebouwen van het Aartsbisdom van Rouen. Je vindt hier de resten van de 'salle de l’Officialité' waar in 1431 het doodsvonnis van Jeanne werd uitgesproken en waar in 1456 ook het tweede proces plaatsvond, dat het vorige vonnis vernietigde. Het aartsbisschoppelijk paleis heeft twee crypten, mooie zalen en een toren uit de 15de eeuw, de sfeer is er middeleeuws. Dé plek als u meer wilt weten over de historische en politieke controverses rond Jeanne d’Arc.
Zeker ook een bezoek waard is de kerk Saint-Maclou, een juweel van de flamboyante gotiek. Deze kerk staat niet ver van de kathedraal, in één van de mooiste en oudste wijken van Rouen.

Je vindt hier in de binnenstad ook tal van leuke, gezellige restaurantjes en terrasjes waar je kan nagenieten van deze heerlijke tweedaagse trip.